Verhogen belevings- en gebruikswaarde van de openbare ruimte
Wat willen we bereiken?
Belevingswaarde en gebruikswaarde verhogen van de openbare ruimte
Een stad wordt nergens zo beleefd als in de openbare ruimte. Het goed onderhouden van wegen, speelvoorzieningen en groen zijn belangrijk om de leefbaarheid te vergroten en om Maassluis mooier te maken. In de buurten van de stad ontmoeten mensen elkaar. De gemeente en inwoners zorgen er samen voor dat straten schoon en veilig zijn, dat er aantrekkelijk groen is en dat er volop speelplekken zijn voor kinderen om buiten te spelen. Onze ambitie is helder: Wij streven naar buurten die schoon, heel, veilig en sociaal zijn. Veilig (langzaam) verkeer en het stimuleren van het fietsgebruik. Een tevreden burger over een mooi goed onderhouden omgeving.
De buitenruimte is er voor alle bewoners. Samen zijn we verantwoordelijk om deze buitenruimte zo aantrekkelijk mogelijk te maken en te behouden. Naast de technische aspecten van de aanleg en het onderhoud van wegen en groen, worden de wegen duurzaam en toegankelijk gemaakt voor jonge en oude bewoners en daarmee kan de belevingswaarde en gebruikswaarde worden verhoogd. Door integraal projecten uit te voeren en dit met bewoners goed te communiceren kan de kwaliteit van de omgeving efficiënt worden verbeterd. Het nieuwe kader voor de inrichting en uitvoering van de openbare ruimte wordt gevormd door de in 2015 vastgestelde Visie Openbare Ruimte. Burgerparticipatie met betrekking tot de inrichting en beheer van de openbare ruimte zal worden toegepast.
Vergroenen stad
De inrichting en het beheer van de openbare ruimte bepalen in belangrijke mate het leefklimaat van Maassluis. Groen is belangrijk om in te kunnen recreëren, het maakt mensen gezonder en bevordert de sociale contacten. Maassluis is rijk aan groene openbare ruimtes. Door het verbinden en vergroenen van bestaande en nieuwe gebieden zal de samenhang, kwaliteit en continuïteit worden verbeterd.
Wat gaan we daarvoor doen?
Inrichten en aanpassen openbare ruimte
In het Uitvoeringsprogramma buitenruimte 2017 zal een samenhangend programma worden opgenomen met de in 2017 in de in voorbereiding te nemen, en de uit te voeren projecten in de openbare ruimte. Onderdeel van dat uitvoeringsprogramma 2017 zal onder andere zijn: uitvoering aanleg buitenruimte bij het station Steendijkpolder, in aansluiting op de ombouw van het spoor naar Lightrail, en de tweede fase van de herontwikkeling van Sluispolder-West waarbij de gemeente de buitenruimte opnieuw inricht.
Onderhoud openbare ruimte
Als onderdeel van het zo optimaal mogelijk schoon, heel en veilig maken en houden van de stad, zal de onderhoudssituatie van de openbare ruimte driejaarlijks integraal worden geschouwd. In 2016 zal deze uitgebreide schouw opnieuw plaats vinden. De aan de schouw te verbinden conclusies en acties zullen onder meer in 2017 worden opgepakt.
De werkwijze is dat voor het beheren en onderhouden van de openbare ruimte beheerplannen worden opgesteld en uitgevoerd. Nadat de voor 2016 geplande beheerplannen voor Wegen en Openbare Verlichting zijn vastgesteld, volgen in 2017 de beheerplannen voor Groen, Straatmeubilair, Baggeren havens en binnenwater en Kademuren havens en watergangen. De geplande actualisering van het beheerplan Speelruimte zal worden opgesteld na vaststelling van het beleidsplan Spelen (2016 of 2017).
In 2018 start vervolgens de nieuwe cyclus van vijf jaar voor het opstellen van beheerplannen.
Conform de Visie openbare ruimte zullen bewonersinitiatieven die worden geïnitieerd, constructief worden benaderd, zodat deze kunnen worden omgezet naar concrete uitvoeringsplannen, waardoor de belevingswaarde, betrokkenheid en waardering van een wijk wordt verhoogd. Als uitwerking van de Visie openbare ruimte en ter ondersteuning van de beheerplannen, zal in 2016 of 2017 het Handboek openbare ruimte worden geactualiseerd. De bomenbalans zullen we in evenwicht houden. Voor elke gekapte gemeentelijke boom zal een boom worden terug geplant.
Vergroenen stad
- Conform de Visie Openbare Ruimte zal er via ontwikkelend beheren door differentiatie naar inrichting en onderhoud de ‘Maat van Maassluis’ gestalte krijgen. De ontwikkelingen en toekomstige investeringen bepalen het tempo waarin ‘Maat van Maassluis’ praktijk wordt.
- Waar er kansen zijn, worden het groen en de onderlinge verbindingen versterkt.
- Als uitwerking van de Visie Openbare Ruimte wordt een beheerplan groen opgesteld en het gedifferentieerd beheer wordt uitgewerkt en uitgevoerd.
- Om de betrokkenheid en de sociale cohesie door bewoners in de wijk te vergroten krijgen bewoners meer ruimte om zelf invulling te geven aan de inrichting en het onderhoud van de openbare ruimte. De afspraken hierover worden vastgelegd in een ‘Wijkdeal’.
- In het kader van de bomenbalans zal er voor elke gekapte boom een boom worden terug geplant.
- De komende jaren zal aandacht zijn voor een klimaat adaptieve inrichting waarbij de negatieve effecten van klimaat verandering worden tegengegaan en de bewoners kunnen profiteren van de positieve effecten van de klimaatverandering (meer groen en minder grijs).
- Belangrijke wijziging in het nieuwe groenstructuurplan (als onderdeel van de Visie Openbare Ruimte) is een totaal benadering waar het oude groenstructuurplan meer conserverend was.
Verbonden partijen
Recreatieschap Midden-Delfand en Koepelschap buitenstedelijk groen
Het Recreatieschap Midden Delfland en het Koepelschap buitenstedelijk groen dragen bij aan het beheren en onderhouden van de natuur- en recreatiegebieden vallend binnen de gemeenschappelijke regeling.
Voornemens is om zowel het Koepelschap als het recreatieschap Midden Delfland op te gaan heffen. GZH (groenservice Zuid Holland) is de uitvoerende groenbeheerdienst van de Provincie. Deze dienst zal waarschijnlijk een coöperatie worden, waarin diverse Terreinbeherende organisaties en de gemeenten gezamenlijk het groenbeheer en onderhoud kunnen (laten) uitvoeren. Staatsbosbeheer neemt de GZH over per 1-1-2017.
Groenfonds Midden-Delfland
Doel van dit fonds is het behoud van het eeuwenoude agrarische cultuurlandschap in Midden-Delfland. Daarnaast heeft hetgroenfonds Midden-Delfland als doelstelling om de relatie tussen stad en land te versterken. Recreatie en educatie op en rond de boerderij in en om het Midden Delfland gebied. De stichting groenfonds maakt deel uit van het groter geheel en zijn van invloed op andere ontwikkelingen van overige partijen zoals: landschapstafel, Oude Leede, Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, Agrarische Natuurvereniging Vockestaert, IODS (weidevogelpact en duurzaam boer blijven).
Maassluis maakt als stad een substantiƫle duurzaamheidswinst
Wat willen we bereiken?
De gemeente Maassluis heeft zich als doel gesteld om een CO2 neutrale gemeente te zijn in 2040. Duurzaamheid is een integraal programma dat zich richt op sociale duurzaamheid, energiebesparing en CO2 reductie en op bekendmaking. Hierbij is de verduurzaming van de organisatie, de gebouwde omgeving, mobiliteit en het afvalbeleid van belang. De gemeente speelt een voorbeeldrol en informeert en faciliteert bewoners, bedrijven en organisaties om zelf tot duurzame oplossingen te komen. Het duurzaamheidscentrum heeft een belangrijke rol bij het informeren van kinderen over zaken als natuur, milieu en andere duurzaamheidsthema's. Daarbij richt het programma duurzaamheid zich op het bekendmaken en duidelijk communiceren van de plannen en acties die de gemeente Maassluis al doet.
Wat gaan we daarvoor doen?
Roadmap Energiebesparing en CO2 reductie
Het Energie Actie Team houdt zich het hele jaar door bezig met het uitvoeren van de Energie Roadmap. Energiebesparing is al bereikt, mede door het actief monitoren van het energieverbruik binnen de organisatie. Verdere verduurzaming van gemeentelijke gebouwen is een doelstelling van de gemeente en de gemeente onderzoekt de mogelijkheden hiervoor en voert deze uit.
Klimaat en duurzaamheid
In het kader van internationale doelstellingen die gesteld zijn op de klimaatconferentie in Parijs in 2015, is klimaatbestendigheid ook in Maassluis een belangrijk onderwerp. Door het stimuleren van groen in de gebouwde omgeving, het verstandig om gaan met (regen) water en het verduurzamen van de gemeente in het algemeen, worden de effecten van klimaatveranderingen opgevangen. Tegelijkertijd wordt getracht verdere negatieve invloed op het klimaat te voorkomen door middel van het programma duurzaamheid.
Alliantie Duurzaam Rijnmond (ADR)
De Alliantie Duurzaam Rijnmond is het samenwerkingsverband van dertien gemeenten in de regio. Binnen het verband wordt op ambtelijk en bestuurlijk niveau samengewerkt op het gebied van duurzaamheid. Dit onder toeziend oog van een programmamanager.
Verbonden partijen
DCMR
Vanuit het verbeterprogramma vergunningverlening, toezicht en handhaving blijft gewerkt worden aan inhoudelijke verbeteringen. In 2016 is voor het eerst gewerkt volgens de nieuwe organisatiestructuur wat past bij dit verbeterprogramma. De DCMR heeft er vertrouwen in dat met de nieuwe structuur de DCMR-organisatie de opgedragen taken op een hoog niveau kan uitvoeren en tevens in staat is om goed in te spelen op toekomstige opgaven en ontwikkelingen.
Verbeteren verkeersveiligheid, in het bijzonder voor het langzaam verkeer en optimaliseren OV-bereikbaarheid voor kwetsbare groepen
Wat willen we bereiken
Verkeersveiligheid
Binnen Maassluis dient iedereen zich op een veilige wijze van A naar B te kunnen verplaatsen. De bescherming van langzaam verkeer ten opzichte van het overige verkeer vormt hierbij een uitgangspunt. Ter waarborging van de verkeersveiligheid kunnen (onvoorziene) ingrepen in de openbare ruimte noodzakelijk of gewenst zijn. Locaties waar kwetsbare groepen structureel doorgaande verkeersstromen kruisen hebben hierbij prioriteit, zoals de omgeving van scholen, dagverblijven en sportaccommodaties. Tevens vormt educatie een effectief middel om de verkeersveiligheid te vergroten.
De waarborging van verkeersveiligheid gebeurt aan de hand van verschillende indicatoren. Naast constateringen van verkeersonveiligheid door de gemeente (voornamelijk objectieve verkeersveiligheid) vormen evenwel meldingen vanuit bewoners, ondernemers, scholen, dagverblijven, sportverenigingen, belangenorganisaties (voornamelijk subjectieve verkeersveiligheid) een waardevolle indicator. Deze indicatoren kunnen aanleiding geven tot het ondernemen van acties. Deze acties krijgen gestalte in de vorm van aanpassingen in de openbare ruimte ten behoeve van de verkeersveiligheid, op de locaties waar nut en noodzaak van een aanpassing door de gemeente is vastgesteld. Ook vormt het stimuleren en faciliteren van verkeerseducatieprogramma’s een speerpunt.
Wat gaan we daarvoor doen?
Verkeerseducatie
Er blijft energie gestoken worden in het stimuleren en faciliteren van verkeerseducatieprojecten. Deze educatie vindt plaats op basis- en middelbare scholen.
Monitoring
Aan de hand van de benoemde indicatoren vindt monitoring van zowel de objectieve als de subjectieve verkeersveiligheid plaats. Daarnaast vormt de herinrichting of aanleg van verkeersinfrastructuur en/of haar nabije omgeving een monitoringsmoment. Op basis van de constateringen die uit de monitoring naar voren komen wordt nut en noodzaak van aanpassingen vastgesteld.
Fietsinfrastructuur
Fietsverkeer dient op een veilige en comfortabele wijze zijn weg te kunnen vinden door Maassluis. Primair betekent dit dat de hoofd-fietsinfrastructuur veilige, comfortabele en directe routes dient te faciliteren. De herinrichting en aanleg van (hoofd)fietsinfrastructuur zal bij voorkeur in asfalt worden uitgevoerd, mits de omgeving dit toestaat.
Verbonden partijen
Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH)
De MRDH heeft twee programma's: de eerste is de vervoersautoriteit en de tweede is het economische vestigingsklimaat. De vervoersautoriteit draagt bij aan de doelstellingen van dit programma. Aan de hand van de Uitvoeringsagenda Bereikbaarheid worden op de onderwerpen verkeer of openbaar vervoer de doelstellingen beschreven. Aan deze doelstellingen worden vervolgens jaaractiviteiten gekoppeld. De Vervoersautoriteit geeft daarnaast ook invulling aan een aantal wettelijke taken die voorheen bij de stadsregio’s waren belegd. Het gaat hierbij met name om de concessieverlening Openbaar Vervoer met alle daaraan gerelateerde opdrachten en activiteiten.